Cuba Dagboek

DINSDAG 7 FEBRUARI

Met een lichte kater en zwetend werd ik wakker vanochtend. Voor het eerst in drie dagen waren de grijze wolken verdwenen en scheen de zon weer volop. Door de lichte koppijn was ik niet geheel ontvlambaar toen ik door de stad liep en weer door allerlei types werd aangesproken of ik een taxi of een chicka wilde. Een taxichauffeur versperde me de weg en ik riep: “Let me walk on the street!” Het was geen scheldkanonnade, maar ik vroeg me hevig geïrriteerd af waarom ik niet gewoon over de stoep mocht lopen, net als alle Cubanen. In het internetcafé heb ik nog ruzie gemaakt omdat een Cubaan die later binnenkwam dan ik voordrong en eerder achter een pc plaatsnam. Het mocht niet baten, al het personeel van de internet- cq telefoonwinkel nam het voor hem op. Verbazingwekkend snel ging het regelen van geldzaken, een busticket en een vliegticket voor een vlucht naar Havana volgende week. Voor dat vliegticket moest ik slechts één keer extra naar de bank omdat het apparaat voor de credit card het niet deed, net zoals het betalen met een credit card in heel Cuba om die reden nog nooit heeft gewerkt. Ik weet wel waarom. Als je met een credit card geld haalt bij een bank wordt er 10 of 12 procent commissie gerekend – geld dat rechtstreeks naar de staatskas gaat. Op het centrale plein – waar ook anders – kwam ik Henri, Hans en ene John uit Den Haag tegen. Met z’n vieren namen we een taxi naar een oud fort aan de kust. Geen gewone taxi, maar een zwarte Fiat cabriolet uit de jaren twintig met een chauffeur die dat ding waarschijnlijk nog zelf heeft gekocht. Fantastisch om met die oude auto door de heuvels rond Santiago te rijden! Het Spaanse fort was duidelijk gerestaureerd, het zag er veel te mooi uit. Wat me opviel, was dat in de voorraadruimte gewoon kanonskogels open en bloot in een kist liggen. Je kunt er makkelijk eentje meenemen als souvenir, al krijg je dan misschien problemen bij de douane. Toen we met de oude Fiat terugkwamen in het centrum van Santiago werden we volop gefotografeerd en gefilmd door andere toeristen. Ik verbaas me er altijd over als toeristen foto’s nemen van andere toeristen. “Queso, queso”, riepen we, als iemand zijn lens op ons richtte. Terug op het Plaza Cespédes wilden de anderen meteen gaan bieren, maar ik had geen zin al zo vroeg dronken te worden. Ik was de rijst en de kip of vis in de casa’s een beetje zat en haalde in de stad gewoon weer een lekkere vette hamburger. Ik voelde ook wat onrust in mijn maag en wilde die niet verder verstoren door een copieuze maaltijd bij Jézus (die overigens professor in de geschiedenis is, maar nu zijn geld verdient met het verhuren van zijn huis aan toeristen). Het begon al een ritueel te worden, maar uiteraard zag ik mijn tijdelijke reisgenoten weer op het centrale plein. Na wat gekeuvel op een bankje zoals ouwe mannetjes doen, psssst-en naar passerende meisjes en groepen toeristen (voor de fun) en bedelaars wegwimpelen, gingen we wederom naar de Casa de la Trova. Na een paar slokjes bier voelde ik mijn maag tekeer gaan. Ik hield het snel voor gezien en ging terug naar mijn casa.

> Lees verder naar woensdag 8 februari

ReizenReizen

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Protected by WP Anti Spam