Reisverhaal Costa Rica
Woensdag 30 januari
De rit was ook behoorlijk hobbelig en het grootste deel van de dag zat ik pal in de zon ingeklemd tussen het vieze raam en een Costa Ricaan (die later werd vervangen door een blonde sproeterige Britse vrouw die de Spaanse versie van Harry Potter Deel 1 zat te lezen – Harry Potter is trouwens ook helemaal in hier).
De omgeving voorbij San José was nogal rommelig, met veel roestige reclameborden en slecht onderhouden huizen in vervallen staat, afgewisseld met hypermoderne en kitscherige gebouwen van soms tien verdiepingen hoog die plotseling in het landschap opdoken. Verder weg veranderde dat en reden we langs koffieplantages en kleine boerderijen. De weg werd tegelijkertijd ook bochtiger en slechter.
Na vijf uur, net op het moment dat de zon achter de wolken verdween, kwamen we aan in La Fortuna. Bij het uitstappen stonden allemaal jongens en mannen te wachten die me naar een good and cheap place wilden brengen, maar je kon merken dat ze nog niet zo ervaren waren in hun opdringerigheid. Eén keer ‘Nee!’ zeggen was al genoeg om ze af te laten druipen. Het weer in La Fortuna is minder fortuinlijk. Sinds ik in de namiddag ben aangekomen is het begonnen te regenen, met soms flinke stortbuien. De vulkaan is door de dichte bewolking amper te zien. Normaal is dit de droge periode, dus hier word ik behoorlijk chagrijnig van. Kutweer!